Kenmerken paniekstoornis

Paniekaanval

Symptomen paniekaanval

Je ervaart terugkerende, onverwachte paniekaanvallen. Een paniekaanval is een plotselinge golf van intense angst of intens onbehagen die binnen enkele minuten een piek bereikt. Deze plotselinge golf van angst of onbehagen kan ontstaan vanuit een toestand van kalmte, of vanuit een al bestaande toestand van angst. Deze piek gepaard met vier (of meer) van de volgende symptomen:

  • Hartkloppingen, bonzend hart of een versnelde hartslag
  • Transpireren
  • Trillen of beven
  • Gevoelens van ademnood of verstikking
  • Het gevoel naar adem te snakken
  • Pijn of een onaangenaam gevoel op de borst
  • Misselijkheid of maag-/buikklachten
  • Een gevoel van duizeligheid, onvastheid, licht in het hoofd zijn of flauwvallen
  • Koude rillingen of opvliegers
  • Verdoofd of tintelend gevoel
  • Gevoelens van onwerkelijkheid of het gevoel vervreemd van jezelf te zijn
  • Vrees om de zelfbeheersing te verliezen of ‘gek te worden’
  • Vrees om dood te gaan.

Daarnaast zijn ook cultuurspecifieke symptomen mogelijk:

  • Tinnitus
  • Pijn in de nek
  • Hoofdpijn
  • Onbeheersbaar schreeuwen of huilen 

Symptomen paniekstoornis

Let op! Alleen een deskundige, zoals een psychiater of psycholoog, kan de diagnose van paniekstoornis stellen.

Bij een paniekstoornis heb je naast de paniekaanval(len) langer dan één maand last van een van de volgende kenmerken:

  • Je bent steeds bezig met of bezorgd over het krijgen van nieuwe paniekaanvallen of de gevolgen daarvan (bijvoorbeeld verlies van zelfbeheersing, een hartaanval krijgen, ‘gek worden’).
  • Er is sprake van een aanzienlijke, niet aan de omgeving aangepaste verandering in het gedrag. Deze gedragsverandering hangt samen met de paniekaanvallen. Zo vertoon je bijvoorbeeld gedrag bedoeld om paniekaanvallen te voorkomen, zoals vermijding van lichamelijke inspanning of onbekende situaties.

Een paniekstoornis kan niet worden toegeschreven aan de fysiologische effecten van een middel (bijvoorbeeld drugs of medicatie). Ook kan de stoornis niet worden toegeschreven aan een somatische aandoening (zoals hart- en longaandoeningen).

De stoornis kan niet beter worden verklaard door een andere psychische aandoening. Zo heb je bijvoorbeeld niet alleen paniekaanvallen bij gevreesde sociale situaties, zoals bij een sociale-angststoornis. Of alleen in reactie op obsessies, zoals bij een dwangstoornis.

Tips bij een paniekaanval

Vraag nu de gratis flyer met tips bij een paniekaanval aan. Je ontvangt de flyer dan direct per mail.

Meer weten over paniekstoornis