Ruminatiestoornis
Mensen die een ruminatiestoornis hebben, laten voedsel van de maag naar de mond terugstromen. Dit is wat anders dan overgeven, waarbij de inhoud van de maag met kracht naar buiten komt. Het voedsel wordt hierna opnieuw gekauwd, ingeslikt of uitgespuugd. Een lichamelijke ziekte of misselijkheid is niet de oorzaak van deze stoornis.
De ruminatiestoornis komt het meest voor bij kinderen, maar er zijn ook volwassenen die hier last van hebben. In veel gevallen treedt de stoornis op bij een autismespectrumstoornis of een verstandelijke ontwikkelingsstoornis. Het ‘rumineren’ kan dan een manier van zelfstimulatie zijn. Vanuit schaamte voor het eetgedrag, kunnen volwassenen met deze stoornis het vermijden om samen met anderen te eten.
Kinderen die last hebben van deze stoornis kunnen achterblijven in groei en gewicht. Ook bij volwassenen komt gewichtsverlies voor. Andere lichamelijke klachten die een ruminatiestoornis kan veroorzaken zijn bijvoorbeeld: vitamine- en mineralentekort, uitdroging, aantasting van het gebit en de slokdarm.
Direct contact met een hulpverlener
Heb jij of heeft iemand in je omgeving te maken met een ruminatiestoornis en heb je behoefte aan persoonlijke hulp of advies? Neem (anoniem) contact op met een van de medewerkers van onze hulplijn MIND Korrelatie. Je kunt bellen, chatten, Whatsappen of mailen met een van onze psychologen of maatschappelijk werkers.
