#openup (1)

Op donderdag kan ik helaas niet werken, omdat ik dan altijd iets anders heb. Dat “iets anders” heet inmiddels een “assertiviteitscursus”. Mijn collega's nemen genoegen met dit antwoord, en ik kan opgelucht ademhalen terwijl ik nog niet eens de halve waarheid vertel. Het doet me denken aan vijftien jaar geleden, toen ik voor het eerst bij een psycholoog terechtkwam en na schooltijd “nog even iets moest halen in de stad”. Vurig hopende dat niemand zou doorvragen.

Wat is dat toch met psychische problemen en taboes? Met geestelijk leed en belemmeringen om hier eerlijk over te zijn? De #openup week nodigt mij uit om hier eens bij stil te staan en om na te gaan hoe dat eigenlijk zit bij mezelf. Want hoewel ik steeds opener word over mijn psychische kwetsbaarheden en de worstelingen die hiermee (gelukkig steeds minder hevig) gepaard gaan, zijn er in mijn omgeving maar weinig mensen die weten dat ik therapie volg. En de mensen die het wél weten, zijn vaak maar gedeeltelijk op de hoogte van de soort behandeling die ik volg en de diagnose die ik heb gekregen.

Schaam ik me ervoor? Ben ik bang voor het oordeel van anderen? Vrees ik dat de mensen hun eigen ideeën over de diagnose invullen en me als zodanig gaan behandelen? Ik denk dat ik al deze vragen wel in meer of mindere mate met “ja” kan beantwoorden.

De schaamte is gelukkig al grotendeels verdwenen. Ik durf nu veel eerder te zeggen dat ik in therapie ben (geweest). Waarschijnlijk is dit te danken aan het feit dat ik het afgelopen jaar met mildheid naar mezelf heb leren kijken; ik ben mijn worstelingen eindelijk gaan begrijpen. Het is niet raar of stom dat ik zo in de knoop ben geraakt met mezelf en het leven en ik ben dankbaar voor alle hulp die ik heb gekregen om steviger, vrijer en bovenal gelukkiger in het leven te kunnen staan. Ik denk dan ook dat het vooral angst is die mij belemmert om #openup te zijn. De angst dat mensen op een andere manier naar me gaan kijken. Dat ze me gaan zien als een zwak poppetje dat het grote mensenleven niet goed aan kan. Dat ze me gaan benaderen op een kinderlijke manier. Dat ze me niet meer willen en de toekomst waarvoor ik zo hard knok en geknokt heb, onbereikbaar wordt doordat anderen niet meer geloven in mijn kunnen.

Als ik er goed over nadenk dan is het heel logisch maar vooral ontzettend jammer dat zoveel mensen zich in allerlei bochten wringen om maar niet te hoeven vertellen dat ze last hebben van psychische problemen en hier enorm onder kunnen lijden. “Lichamelijk gaat het goed, maar psychisch loop ik op krukken”. Ik vind dat iedereen dit mag zeggen, want psychische problemen zijn net zo normaal, ellendig en lastig als lichamelijke kwalen. En ook als je lijdt aan een geestelijke aandoening, ben je gewoon een mens als ieder ander. Een mens met behoefte aan aandacht, begrip, een goed gesprek, een lachbui waar je u tegen zegt, een fijne baan met leuke collega's, hobby's. Kortom; een fijn en gelukkig leven binnen de mogelijkheden die je hebt.

Ik doe mee met de #openup week, jij ook?

Meer ervaringsverhalen